24.7.07

Raleighvallen

Spannende momenten

We zijn zojuist teruggekeerd van een trip naar de Voltzberg en de Raleighvallen. Een trip met een aantal spannende momenten.

Het eerste spannende moment is het gevolg van de manier waarop we daar naartoe gaan. We hebben gekozen om te gaan vliegen. Met 5 personen vliegen betekent een klein vliegtuig. Bij een klein vliegtuig is het gewicht van de passagiers en hun bagage van groot belang. Zo mag je maar 5 kilo bagage p.p. meenemen; alles bij elkaar dus geen handbagage en die flauwekul. Voor ons gezin dus 25 kilo; de gewogen bagage was 22,5 kilo, maar Mies had stiekem de rugzak er niet bij gezet. Vervolgens wordt elke passagier individueel gewogen; nu is er geen mogelijkheid meer om iets te smokkelen. Ik ga geen cijfers noemen maar wel de belangrijkste conclusies:

1. Twee van de passagiers waren zichtbaar opgelucht, twee passagiers enigszins teleurgesteld en een passagiertje die wist vooraf al precies waar ie aan toe was.

2. Een klein vliegtuigje was niet genoeg. Om ons hele gezin te vervoeren moesten er 2 vliegtuigjes worden ingezet.

Ik zou met Tij en de bagage in het eerste vliegtuigje gaan en Mies, Tineke en Rik in het tweede toestel. Voor Mies een geruststellende gedachte; bij een eventueel ongeluk zou er in ieder geval steeds een kind met een ouder overblijven. Maar Rik hielp haar meteen uit de droom; een botsing tussen beide toestellen is natuurlijk zeer wel mogelijk.

In de Cessna mocht Tij naast de piloot zitten; een Cessna kun je het best vergelijken met een Volkswagen Kever met vleugels; het bromt maar het vliegt. Tij mocht co-piloot zijn; hij kreeg een korte instructie: naar links sturen is naar links gaan, rechtssturen en je gaat naar rechts. Trek je het stuur naar je toe dan stijg je; duw je het naar voren dan daalt het vliegtuig. Tij kreeg echt de gelegenheid om dat te ervaren. Tijdens de vlucht heeft vooral de automatische piloot het werk gedaan; ik kreeg op een bepaald moment het idee dat de piloot een dutje deed en Tij daadwerkelijk het toestel stuurde. Net toen ik hem een por wilde geven gaf hij een teken van leven.

Uiteindelijk heeft Tij ons een rustige vlucht bezorgd en zette hij zeer deskundig de kist aan de grond op Fungu-eiland waarop zich de lodges van Stinasu (Stichting Natuurbehoud Suriname) bevinden. De lodges waren aanzienlijk luxer en mooier dan de accommodatie die wij vroeger hebben bezocht. Een mooie open architectuur; gemaakt met lokale grondstoffen en met elke kamer eigen sanitair. We hadden een prachtig uitzicht op de rivier.

Een ander spannend moment was of ik de top van de Voltzberg zou bereiken. Van de vorige keer wist ik dat het een zeer zware tocht was; eerst ruim 7 kilometer door de jungle en dan de kale rots beklimmen. Ik moest destijds diep in de reserves om de top te halen; inmiddels ben ik ruim 20 jaar en ouder en ongeveer 30 kilo zwaarder. De afstand is op zich niet groot; maar in de omstandigheden van een temperatuur van circa 30 graden Celsius en een luchtvochtigheid van bijna 100% is elke beweging vermoeiend. De tocht naar de voet van de verliep op zich redelijk; na 10 minuten was ik wel al volkomen bezweet; veel drinken is belangrijk. Ik heb uiteindelijk tijdens de hele trip 3½ liter water gedronken. Gelukkig had ik druivensuiker om snel brandstoffen aan te kunnen voeren. De klim bestaat uit 3 stukken; een eerste zwaar stijl stuk, een stuk dat wat vlakker is en tot slot een heel stijl stuk. Ik heb het eerste stuk gehaald; maar dat koste me erg veel moeite; mijn hartslag schoot omhoog en het duurde bij elke kleine pauze langer om terug te keren naar een aanvaardbaar niveau. Dat was voor mij het teken om niet helemaal naar de top te gaan; ik ben doorgegaan tot een niveau waarop ik boven de bomen op het bos kon kijken, maar toen heb ik Rik en Tij met de gids naar de top laten gaan. (Mies en Tineke waren er niet bij; in hun verhalen meer daarover). Ik heb zitten wachten tot Rik, Tij en de gids weer terugkwamen. Al wachtend heb ik gezocht naar vliegende papegaaien; dat was toch het beeld dat op mijn netvlies heb zitten van het vorige bezoek. Ik heb ze niet gezien; ook Rik en Tij hebben geen ara’s gezien. De terugweg was voor mij zeer zwaar; de hongerklap nabij; ik wist dat ik wat moest eten, maar dat lukte niet. De druivensuiker was daardoor van groot belang. Het laatste stuk was ik dicht bij de beelden die velen zullen kennen; van die Zwitserse atlete die zwalkend over de finish van een Olympische marathon loopt. Ik wil mijn prestatie niet vergelijken met die van haar maar wel mijn toestand aan het eind van de tocht. Aan het eind van de tocht heb ik het mooiste plekje van de wereld (zeker op dat moment) gevonden; de Anjoemaravallen; een kleine waterval.
Na een lange, vermoeiende tocht van in totaal 7 uur kon ik in de vallen gaan liggen; zelden heb ik zoiets heerlijks meegemaakt; een douche van enkele honderden liters water per seconde. Water is helend; na een uur in de vallen was ik een ander mens. Aan mijn voeten voelde ik dat ik een pittige tocht had gelopen; mijn adem en mijn hart had ik weer terug en dat was een zeer prettige ervaring. Tij heeft me door het laatste half uur gesleept; hij droeg mijn rugzak, waarschuwde me voor gladde plekken en stronken en gaf me een hand om me te helpen;wat ben ik gezegend met zo’n zoon.


Fred


Raleighvallen, toen de mooiste plek, nu weer!!

Fred en ik herinnerden ons de Raleighvallen als de mooiste plek van Suriname en dat is ie gebleven. Zelfs nog beter. Het terrein was echt mooi opgeknapt, met een open keuken met grote tafels om samen te eten. De twee kokkinnen hebben ons lekkere maaltijden voorgezet en waren beide erg aardig en meelevend. Maakten eten wanneer het moest, het maakte niet uit of dat per groep op andere tijden moest. De gidsen die we hadden waren kundig en hebben ons van het “bos” verteld. Van Telefoonboom, tot het maken van vlechtwerk als voorbeeld hoe de bosnegers hun dakbedekking maken. Het Nederlands als basis is aanwezig maar het is duidelijk niet de taal die ze veel gebruiken, ‘jij zien boom daar’.

Deze vakantie wordt ik wel steeds geconfronteerd met het feit dat ik niet jong meer ben. Ik word stelselmatig met mevrouw aangesproken in de groepen met wie we op pad zijn. Of dat nu medereizigers zijn of gidsen, ik ben mevrouw. Het aangeven dat ik Mies heet en ook graag zo genoemd wil worden heeft geen effect. Tijdens de Raleighvallen was het nog erger. Ik was Moeder of Mami (uitgesproken als Maami). Nou dat voelt toch oud, zeker als anderen (wel jongere deelnemers wel gewoon bij hun voornaam worden aangesproken).

Tineke was op de dag van vertrek naar de Raleighvallen niet lekker, buikloop en een ernstig verstopt oor wat echt oorpijn gaf. Dat betekende dat zij de eerste dag na aankomst direct naar bed is gegaan om energie op te doen, om de volgende dag voldoende te zijn opgeknapt om de Voltzbergtocht mee te kunnen maken.

De rest heeft de eerste dag met de gids een wandeltocht op het eiland gemaakt naar de punt van het eiland. Een wandeling van een dik uur. Prachtig en lekker zweten. Het heerlijk is dat onze lodge aan de rivier lag waar we aansluitend (maar ook vooraf al) heerlijk in hebben gezwommen.

Om te voorkomen dat we voortijdig de tocht naar de Voltzberg zouden moeten beĆ«indigen hadden we een tweede gids geregeld. Deze zou meegaan en indien nodig zou hij met Tineke en mij terugkeren. Echter de volgende morgen bleek Tineke nog echt niet te zijn opgeknapt. Uiteindelijk besloten dat Tineke en ik niet mee zouden gaan naar de Voltzberg, maar dat wij met de extra gids, Hugo, de tocht naar de Moedervallen zouden proberen te maken. Tineke terug naar bed en om 10 uur zijn we vertrokken. De gids was zeer attent. Al gauw was Tineke duizelig en moest even stoppen. Ze wilde echter wel doorgaan, waarop de gids het tempo echt aanpaste, en onze tassen ging dragen, Voor elke uitstekende wortel, losliggende steen waarschuwde hij. Echt heel lief. Daarnaast stopte hij regelmatig om wat uit te leggen over de flora en fauna. Mooie gelegenheid om weer even bij te komen. Bij een heel klein en ondiep kreekje moest er over wat keien gelopen worden. Hij liet Tineke voorgaan en hij liep vervolgens door het water en hielp Moeder door haar liefdevol een handje te geven …….

Ook weer terug de boot in was hij de galante man die Moeder in de boot hielp, terwijl de bootsman riep wat Mami wel en niet moest doen, tja..

Tineke heeft het gered en had zelfs na wat gerust te hebben het gevoel dat ze wat opknapte.

Het was ongeveer 14.30 toen we terug in de lodge waren. Toen begon ik toch wel erg vaak aan Fred en de jongens te denken. Zou Fred het halen? Zou hij zich niet te veel forceren? Hoeveel langer zouden ze nodig hebben. Het begon wat aan me te knagen. Maar om kwart voor 4 zag ik de boot vetrekken die hen moest halen. Zou het dan toch nu al zo ver zijn? En jawel, daar kwamen ze aan. Trots, moe en helemaal blij met de mooie tocht. En ik, ik was als Mami alleen maar ontzettend blij ze weer gezond aan te zien komen. (en de tocht heeft uiteindelijk zelfs een half uur korter geduurd dan wij indertijd nodig hadden).


Mies

Foto bij de Moedervallen (2de keer voor Tineke en Mies)


♪ Raleigh boys ♪

Ondanks de teleurstelling van eerder die dag, heb ik genoten van de tocht naar de Moedervallen (dat is de naam van de grootste vallen in het geheel van de Raleighvallen). Daarnaast zijn er zijn slechtere plekken om op bed te liggen.. Nadat de jongens terugkwamen van hun tocht en alle verhalen hadden verteld, werden we door Rosita, onze geweldige kokkin, verwend door een heerlijke bami. Al meerdere malen hadden de gidsen verteld over de Raleigh Boys, een band die de werknemers daar vormen. Na het eten begon dan eindelijk het optreden. In de personeelsruimte stonden de jongens klaar om hun muziek aan ons te laten horen. De liedjes begonnen met voorzang van een van de jongens (heel toevallig heette hij Gordon en nog toevalliger, onze gids) waarna de rest mee zong en daarna de trommels werden ingezet. Niet iedereen stond meteen enthousiast op de dansvloer, maar bij het tweede liedje namen Amerikaanse onderzoekers hierin het voortouw en al snel stonden wat meer mensen op de dansvloer.

Tij en ik werden er ook op getrokken, waar Tij de show stal.
De dansmoves die hij daar maakte, natuurlijk geleerd van zijn grote zus, maakte diepe indruk op de rest van de aanwezigen. Bij het ontbijt werd er nog over nagepraat. Na een niet al te lange tijd ben ik weggegaan, lekker gaan slapen. Het feest was echter nog niet afgelopen, Rik en Mies hebben zelfs nog even gedanst. Om de bandleden een extra zakcentje te geven (ze verdienen erg weinig daar) hebben Tij en Rik een t-shirt van onze Raleigh Boys gekocht. Vandaag hebben we met z’n allen nog een keer de tocht gemaakt naar de Moedervallen. Voor Tij en Rik was het na de tocht van gisteren een beetje een deceptie, maar toch is het een mooie tocht geweest, waar we een dunne lange slang en een ara hebben gezien.

Met een groter vliegtuig is de gehele groep van 16 mensen naar Paramaribo teruggekeerd. Morgen nog eventjes een laatste keer door Paramaribo en dan ga ik terug naar Amsterdam. Maar dit is geen afscheid, maar een tot ziens (‘Valentina’s reis’, Santa Montefiore, ontzettend fantastisch boek, als je van bouquet-reeksen houdt). Ik moet namelijk terug om te laten zien dat ik heus wel de Voltzberg kan beklimmen in een recordtijd.

Tineke


De Voltzberg


Om 08:00 vertrokken we in een smalle, lange boot naar de Anjoemaravallen. Er is, volgens mij, 1 kapitein die de rivier door en door kent. Je moet wel een echte kenner zijn van snel stromend water wil je daar doorheen varen. Er zijn veel rotsen die je kunt zien, maar er zijn ook veel rotsen die je niet kunt zien. Aangekomen bij de vallen leggen we onze tas neer waar onze zwemspullen in liggen en beginnen we aan de tocht naar de berg. Fred, Tij en ik pakken een wandelstok die vorige wandelaars hadden gebruikt. Na een paar minuten gooit Tij zijn wandelstok al weg omdat hij vindt dat het niet nodig is deze te gebruiken. Na 20 minuten lopen komen we al een dier tegen; het Surinaamse konijn. In feite is het gewoon een groot konijn zonder die lange oren. Het is prachtig om door het oerwoud te lopen, een weg langs een omgevallen boom maken, tussen rotsen door en over kleine beekjes. Toen merkte Tij dat een wandelstok wel erg handig is.

Er zijn namelijk vele beekjes die je over moet. Er ligt meestal wel een dikke ronde tak van 10 cm breed in het water waar je dan over heen moet lopen, dan moet je goed kunnen balanceren dus. Als je dat niet kan val je 1 of misschien 2 keer in het water, toch Fred? Gordon, onze gids, maakte met zijn machete een nieuwe wandelstok voor Tij. Onderweg zagen we vele apen boven ons. Ik heb hier en daar een aantal kunnen vastleggen op film. Op een gegeven moment stonden we stil en keken we een paar minuten lang naar boven omdat daar een groepje apen van boom naar boom slingerde (direct boven ons). Het was erg indrukwekkend om dat te zien. Gordon vond even later een spoor van een Tigri Kati (Tijger Kat; grote kat; lynx). Maar helaas hebben we hem niet gezien. Als je door het oerwoud loopt hoor je ongelofelijk veel; vogels die fluiten en bladeren die ritselen. Maar je ziet vergeleken met de geluiden erg weinig vind ik.
Aangekomen bij de voet van de berg namen we nog even een pauze. Ik nam nog even een pilletje antibiotica voor mijn benen (het gaat goed met mijn benen trouwens, geen pijn meer en alle blaren zijn weg omdat mijn hele benen zijn vervelt).We namen zo min mogelijk bagage mee naar boven. Een tas met 3 flesjes water, boterhammen en mijn camera’s. De wandelstokken lieten we achter net zoals Gordon’s machete en de rest van het water. Vooral Fred had het zwaar met deze eerste klim. Ik vond het wel erg fijn dat het eerste stuk nog begroeid was met struiken en kleine bomen om je daar aan vast te kunnen houden. Fred wilde dat we niet langer op hem wachtten dus gingen Gordon, Tij en ik verder naar boven. Toen het kale stuk kwam gingen we toch nog maar even wachten. Fred kwam na een paar minuten er ook bij. Hij probeerde echt zo ver mogelijk te komen maar helaas kon hij de top dit keer niet bereiken. Gordon, Tij en ik gingen verder. Ik moet tijdens de klim (die niet zo lang meer duurde) ook nog een aantal keren stoppen omdat het gewoon ongelofelijk zwaar is in die volle zon. Maar toen waren we uiteindelijk daar: de top van de Voltzberg. Ik was erg trots op Tij en mezelf en ook zeker ook Fred die een mooie prestatie heeft neergezet.

Het uitzicht op de berg is adembenemend mooi. Je ziet vele andere bergen in de verte die, net als de Voltzberg, ook kale toppen hebben. Eigenlijk is de Voltzberg 1 grote, harde steen. Ik had wat foto’s gemaakt en wat gefilmd en toen gingen we al vrij snel weer naar beneden. We zagen toen Fred staan op dezelfde plek waar hij was achtergebleven. Hij was genoeg uitgerust en we gingen weer verder naar de voet van de berg. Daar namen we weer een pauze. Ondertussen was mijn t-shirt weer helemaal nat van het zweet terwijl deze op de berg flink opgedroogd was van de heenreis. Toen ik weer in het oerwoud liep voelde dat erg licht en fijn omdat je niet meer zo steil omhoog of omlaag moet gaan. Maar toen ik de waterval na een paar uur hoorde werd ik erg moe. Vooral omdat je denkt dat de waterval dichtbij is, maar dan duurt het toch nog wel even 45 minuten voordat je er eindelijk bent. Toen zagen we ook nog grote vogels op ons pad lopen: grote, zwarte vogels met een grijze/zilveren rug.
Toen ik de waterval zag was ik ontzettend blij, ik kleedde me gauw om en ging in het water. Ik had 1 blaar die meteen de 2de stap die ik nam in het water openging door een scherpe steen. Maar dat kon de pret zeker niet minderen. Het was echt superfijn om in dat stromende, koele water te zijn. Langzaam maar zeker kwam ik steeds dichterbij de waterval zelf. Je moet erg voorzichtig zijn met al die scherpe stenen die op de bodem lagen. Eenmaal onder die waterval was het echt fenomenaal. Een dag om nooit te vergeten.


Rik

1 opmerking:

Marjon, Sjoerd en Jeroen zei

Hallo allemaal,
Heerlijk om jullie verhalen te lezen. Gelukkig zijn jullie allemaal nog aan het genieten van alle geneugten die Suriname biedt. Geniet er nog van de komende week.